Google en Palantir willen allebei hetzelfde Het zijn twee zijden van dezelfde munt

Google en Palantir willen allebei hetzelfde 

Het zijn twee zijden van dezelfde munt 


Voor de goegemeente is het onduidelijk wat een bedrijf als Palantir nu precies doet. Het schermt met contracten met de Amerikaanse Defensie, maar ook met bijvoorbeeld politiekorpsen. Het doet iets met data, zoals data van bewakingssystemen. Het blijft echter allemaal onduidelijk en dat is precies wat het bedrijf graag ziet.

Sowieso zijn producenten van bedrijfssoftware niet erg bekend bij de burger in tegenstelling tot een bedrijf als Google. Die relatieve onverschilligheid is in het geval van Palantir echter ten onrechte. Palantir staat feitelijk voor een visie op de rol van de technologie in de samenleving die verregaande gevolgen kan hebben.


Claim

Het is nog maar zeer de vraag of de maatschappij een visie als die van Palantir wel kan waarderen. Dit bedrijf claimt dat het bergen van uiteenlopende data kan verzamelen en analyseren. Het gaat om data die komen van soldaten, politie en informanten. Dat zijn bijvoorbeeld vingerafdrukken, bankafschriften, tips van informanten en noem maar op. Door er een juiste analyse op los te laten kan Palantir naar eigen zeggen onvermoede relaties blootleggen, criminele en terroristische in kaart brengen en zelfs mogelijke aanslagen voorspellen. Palantir is het Google voor spionnen en aanverwante organisaties.

Inmiddels is wel duidelijk dat er een behoorlijk verschil zit tussen de claims en de werkelijkheid. Palantir zegt kunstmatige Intelligentie in te zetten om al die bergen aan de data te schonen en vervolgens om te zetten in bruikbare inzichten. In de praktijk leunt het bedrijf nog heel erg op de inzet van veel mensen. Het detacheert daarom voortdurend eigen mensen bij de klanten om hen te helpen een platform te bouwen dat aan hun wensen voldoet. 

Dat Palantir desalniettemin een sterke positie heeft opgebouwd bij overheidsinstellingen, is vooral te danken aan hun goede marketing en klantgerichtheid. Het heeft echter ook te maken met een wel heel zwakke concurrentie. Dat medeoprichter Peter Thiele een stevige band had opgebouwd met president Trump heeft het bedrijf ook geen kwaad gedaan.

Google versus Palantir

Op het eerste gezicht is Palantir een heel ander bedrijf dan Google. De laatste verschaft gratis diensten aan de gebruikers in ruil voor data die gebruikt worden voor gerichte advertenties. De eerste verschaft arbeidsintensieve tools om data te bewerken voor een beperkt aantal (125) klanten. De data worden allesbehalve publiek. Dat maakt het tot een buitenbeentje in Silicon Valley. Daar overheerst zeker in theorie de wens tot transparantie.

Palantir wil dat absoluut niet. Het wil wel kanten kiezen. Het wil naar eigen zeggen de belangen van de VS dienen. Een sterk Amerika is een zegen voor de wereld, aldus Ceo Alex Karp. Volgens critici is de neiging kanten te kiezen terug te voeren op het wel erg pessimistische wereldbeeld van de heren Thiele en Karp. Voor hen is geweld een constante in de wereld. Het is dus noodzakelijk kanten te kiezen en de andere kant in de gaten te houden.


De visie op de wereld van Palantir is dus een heel andere dan die van Google. Die van de eerste is gebouwd op wantrouwen. De wereld is een zero-sum game, een alles of niets aangelegenheid. Stel daar de visie van Google eens tegenover. Die doet speels en kleurrijk aan en is vervuld van optimisme. Google belooft tools die iedereen de mogelijkheid biedt alle gewenste informatie op te sporen. Die informatie kan de gebruiker sterker maken, evenals de democratie. Google gaat er gemakshalve vanuit dat de wereld al die informatie voor het goede zal aanwenden. Die positieve insteek is niet helemaal altruïstisch. Als informatie ten positieve ingezet wordt en niet misbruikt, dan zullen de meeste mensen hun private data graag delen. Google kan die dan weer te eigen bate aanwenden.

Maar verschilt Google fundamenteel van Palantir. Dat valt reuze mee als de beschouwer enkele stappen terug zet en van een afstandje toekijkt. Beide bedrijven beloven kunstmatige intelligentie, machine learning en rekenkracht in te zetten om zeer uiteenlopende bronnen van informatie bijeen te brengen en te ordenen, zodat ze geanalyseerd kunnen worden en de resultaten ter beschikking komen. Beide bedrijven bieden hun klanten aan om snel informatie te kunnen ophalen en op een zodanige manier te kunnen combineren dat eerdere obscure verbanden naar boven komen. In beide businessmodellen staat het begrip toezicht centraal met dien verstande dat in het ene business model de klant het toezicht uitvoert en in het andere de klant onder toezicht staat.


De overeenkomst tussen beide businessmodellen is, dat ze allebei weinig waardering hebben voor bijvoorbeeld privacy. Daarom praat een bedrijf als Google voortdurend over transparantie. Het geeft er alleen een andere invulling aan. De gebruiker moet transparant zijn. De tech industrie anno 2020 claimt dat het zijn insteek is om fricties binnen de maatschappij te verhelpen. Het gaat dan om obstakels die interactie tussen personen en instellingen bemoeilijken. Het gaat om obstakels om de juiste informatie te kunnen verschaffen om zo per direct al je wensen te kunnen vervullen. Dat klinkt mooi, maar moeten we daarom toestaan dat iedereen die zich een beetje eigenaardig gedraagt, onder toezicht geplaatst kan of moet worden. Een surveillancesamenleving lijkt toch wel een brug te ver.